Zorgen gemeenten over voortgang versterken en veiligheid

Westeremden-De Groninger gemeenten in de kern van het aardbevingsgebied maken zich grote zorgen over de voortgang versterking en veiligheid. De gemeenten in de kern van het aardbevingsgebied zijn uiteraard zeer content met besluit de gaskraan binnen afzienbare tijd dicht te draaien. Dit is voor de langere termijn een forse verbetering voor de veiligheid en leefbaarheid van het onze inwoners. Echter het is niet realistisch dat op korte termijn de risico’s op aardbevingen – zoals in januari in Zeerijp en recent nog in Garsthuizen – drastisch door de gefaseerde afbouw van de gaswinning afnemen.We zijn dan ook van mening dat het afgesproken programma van inspecties, engineering en uitvoering van de versterking moet worden voorgezet. Dit totdat ondubbelzinnig blijkt dat door de verlaging van de gaswinning ook voor de korte en middellange termijn een andere aanpak veilig en beter is. De geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van de overheid mag niet verder onder druk komen. Op veel plekken in het kerngebied is het van groot belang het contact met de inwoners in stand te houden en hun vertrouwen niet te verliezen. Dit is en blijft onze inzet voor de verdere gesprekken met minister Wiebes. De colleges van B&W van de aardbevingsgemeenten vinden dat er voor de inwoners die vaak al jaren in onzekerheid verkeren zo snel mogelijk duidelijkheid moet komen. Het is onverteerbaar dat inwoners – die al maanden op hun versterkingsadviezen wachten – nog langer in onzekerheid moeten verkeren. Het is inmiddels duidelijk dat deze lange onzekerheid en gevoelens van onveiligheid grote gevolgen heeft voor de levenskwaliteit van de inwoners van onze gemeenten. Langer uitstel is niet acceptabel!

Onderwerp: Zorgen gemeenten over voortgang versterken en veiligheid

Geachte leden van de gemeenteraad,

Naar aanleiding van de recente ontwikkelingen in het gaswinning dossier, de brief van de minister aan de Tweede Kamer en de berichtgeving daarover in de media, informeren wij u over onze zienswijze. In het bijzonder richten wij ons daarbij op de versterkingsoperatie. Omdat wij daarin als gemeenten uit het kerngebied gezamenlijk optrekken hebben wij afgesproken eenzelfde brief aan onze raden te zenden. Wij zijn in gesprek met de minister. De berichtgeving richtte zich op een tussenstand in dat overleg. In dit overleg staan de volgende punten centraal in onze inzet.

Veiligheid voorop

– Wij zijn zeer content met het besluit van de minister om de gaskraan binnen afzienbare tijd geheel dicht te draaien. Op de langere termijn zal dit naar verwachting een verbetering opleveren ten opzichte van de huidige situatie.
– Wij zijn van mening dat de versterkingsoperatie (inspecties, engineering en de uitvoering van de versterking) moet worden voortgezet zoals afgesproken, tot het moment dat blijkt dat door verlaging van de gaswinning een verlaging van het seismisch risico is gerealiseerd die de huidige aanpak overbodig of in mindere mate nodig maakt. Op dit moment besluiten nemen over het stopzetten of pauzeren van de versterking, gebaseerd op een mogelijke toekomstige situatie, vinden wij vanuit het perspectief van de veiligheid van onze inwoners niet verantwoord.
– Veiligheid voor de Groningers is onlosmakelijk verbonden met het perspectief voor Groningen. Zolang er geen helderheid is over de exacte consequenties van het besluit van de minister voor de veiligheid van de Groningers en de consequenties hiervan voor de versterkingsoperatie, is er geen basis voor een integraal akkoord.

Afspraak is afspraak

– Onze inwoners moeten kunnen vertrouwen op een betrouwbare overheid. Er ligt een door alle partijen vastgesteld Meerjarenprogramma (MJP). In dat plan staan de hoofdlijnen van de aanpak waarover overeenstemming is met alle betrokken partijen. Uiteraard kunnen voortschrijdend inzicht en gewijzigde omstandigheden aanleiding geven om van koers te veranderen, maar dat dient dan wel ordentelijk te worden vastgelegd in een aanpassing van het MJP. Inwoners en bedrijven moeten kunnen bouwen op wat is afgesproken (vertrouwensbeginsel). Dit betekent ook dat (versterkings)adviezen die op basis van vastgesteld beleid zijn voorbereid, gedeeld moeten worden, ook als ze nog ter controle op de bureaus van NCG en CVW liggen. Wij streven naar maximale openheid in het proces.
– Het draagvlak dat is ontstaan voor een gebiedsgerichte aanpak waarin stads- en dorpsvernieuwing een belangrijke rol speelt, betekent dat de rol van de inwoners en daarmee van de gemeente en de gemeenteraad prominenter wordt in het bepalen van de hoofdlijnen voor de uitvoering en aanpak. Dat willen wij vasthouden.
– Er moet aandacht zijn voor de rechtsgelijkheid in de aangepakte gebieden. In dezelfde straat, buurt en dorp horen geen grote verschillen te bestaan in de gebruikte normenkaders en onderbouwing voor berekeningen en de te nemen maatregelen. Dat is niet uit te leggen aan inwoners en kan gemakkelijk leiden tot sociale en maatschappelijke onrust.
– De aansprakelijkheid ligt bij de veroorzaker en dat is de NAM.

Langer uitstel niet acceptabel

– De gemeenten vinden dat er voor de inwoners die nog in onzekerheid verkeren zo snel mogelijk duidelijkheid moet komen. Daar is het gesprek met de minister op gericht. De programma’s en projecten die in de gemeenten uitgevoerd worden, kunnen pas worden aangepast als besloten is tot een beter, en veilig, alternatief. Daarbij moet de nu opgebouwde kennis en de uitvoerende capaciteit, ook bij de bureaus die de engineering uitvoeren, niet in gevaar worden gebracht door vertraging of onduidelijkheid.
– Het draagvlak voor het versterkingsproces waaraan de gemeenten op een aantal plaatsten met de bewoners werken is broos. De geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van de overheid mag niet nog verder onder druk komen. Het is van groot belang het contact met de inwoners in stand te houden en hun vertrouwen niet te verliezen.